In de kleuterklas was ik vaak alleen, zowel in de klas als op de speelplaats. De leraars hebben mijn moeilijkheden betreffende schoolaanpassing en sociaal isolement verklaard door mijn tweetaligheid: Frans thuis, en Nederlands op school. Volgens hen zou het exclusief gebruik van Nederlands (zowel thuis als op school) mijn problemen oplossen.
In het lager onderwijs, waren mijn resultaten redelijk goed. Ik werd goed opgevolgd en gesteund door mijn ouders, in een voorspelbare omgeving. Maar op sociaal gebied had ik geen vrienden ondanks de zin ervoor, geen hobby’s ondanks de verschillende pogingen, zelfs in sport. Maar nog eens, niets was relevant om zich ongerust te maken. Juist een paar gedragingen, die de intuïtie van mijn moeder raakten.
Ik wil jullie twee anekdotes vertellen:
*** In de klas luisterde iedereen naar een meisje dat met veel enthousiasme sprak over haar moeder. Volgens haar was haar moeder de tofste, de beste. Ze vertelde hoe super ze het had thuis. Op een dag heb ik aan mijn moeder gevraagd of ik niet daar mocht gaan wonen. Ik vond het een goed plan voor mij om bij de “zogezegd beste moeder” te gaan wonen, om dan evenveel succes en vriendinnen hebben als dat meisje op school.
*** De meisjes van mijn klas spraken vaak over de ‘’chiro’’ (een jeugdbeweging voor meisjes). Door ze erover te horen praten kreeg ik de indruk dat het daar wel leuk zou zijn. Ik heb gevraagd aan mijn ouders om mij in te schrijven en het uniform te kopen. Ik dacht dat ik daar met mijn uniform zeker aanvaard zou worden, en zo vriendinnen zou kunnen hebben. Maar na 3 pogingen ben ik heel teleurgesteld thuisgekomen. Ik bleef naast de meisjes staan, zonder iets te doen of te zeggen. Ik voelde mij er niet bijbetrokken. Niets was veranderd.
De eerste 4 jaar van mijn middelbare school, was ik intern in een gemengde school.
*** Vrienden had ik steeds niet. Ik bleef afzijdig. Ik was zeer naïef en onhandig. Ik werd rap het mikpunt van pesterijen.
*** Sport en gymnastiek waren een echte marteling voor mij. Ik was altijd angstig als het tijd was om te gaan sporten. Bij het opstellen van ploegen, werd ik steeds als laatste gekozen. Ik kon niet over de bok springen, vreesde de evenwichtsbalk, kon geen koprol maken. Ik had sinds kleinsaf problemen met de coördinatie. Om dit te compenseren, heb ik veel kinesitherapie gehad gedurende meerdere jaren.
*** Het volgen en het begrijpen van de lessen werd voor mij steeds moeilijker. Het ging te snel, er was te veel informatie op hetzelfde moment, en ik durfde geen vragen te stellen aan de leraars uit angst voor de reactie van de andere leerlingen.
Ik voelde mij niet alleen gepest door leerlingen maar ook door sommige leerkrachten. Ik herinner me dat ik heel slecht was in aardrijkskunde. Op een dag vroeg de leraar waar een bepaalde stad zich bevond. Hij wist dat ik een verkeerd antwoord ging geven. Ik gaf een onjuist antwoord en iedereen, zelfs de leraar, lachte me uit.
***Studietijd plannen was een andere uitdaging: welke vakken eerst leren, hoeveel tijd voor elk vak, hoeveel tijd voor het maken van het huiswerk.
Ik kreeg heel veel steun van mijn ouders. Elk weekend herhaalden ze de lessen met mij om te zien of ik alles goed begrepen had. Het ergerde me toen enorm. Ik realiseer me nu pas hoe nuttig dit geweest is.
Ik slaagde mijn eerste jaar middelbaar. Voor het tweede jaar had ik herexamen. Ik dubbelde mijn derde jaar, maar slaagde niet. Aangezien men niet 3 keer hetzelfde jaar mag overdoen, moest ik dus van school veranderen.
Met mijn ouders ging ik op raadpleging bij een psychiater: mijn moeder vroeg of er geen autisme zou kunnen zijn? Na een paar sessies, zei hij zeker niet.
Hij raadde me aan een technische vorming te volgen. Mijn ouders dachten dat die richting mijn relationele problemen niet zou verbeteren, en daarbovenop ben ik helemaal niet handig.
Overtuigd dat ik de capaciteiten had om verder te studeren op een beter niveau, hebben mijn ouders mij ingeschreven voor de laatste 3 jaar middelbaar in een meisjesschool in Brussel. Daar leerde ik Spaans en Italiaans. Ik had steeds geen contacten. Ik voelde me niet op mijn gemak. Ik had het gevoel dat de anderen me uitlachten. Maar was het echt pesten? Of interpreteerde ik dit zo? Ik voelde me niet geïntegreerd. Daarbij was het voor mij een hele aanpassing: de eerste keer in een grote stad, de eerste keer het openbaar vervoer nemen, de eerste keer de lessen in het Frans volgen. Ik leefde in een onthaal familie, ik was geïntimideerd door hen, durfde hen niet storen, niets vragen (zelfs als ik ziek was).
Mijn ouders en ikzelf, nu wetende welke moeilijkheden autisme met zich meebrengt, hebben begrepen welke enorme problemen ik heb moeten doorstaan gedurende mijn schoolperiode. Ondanks al deze moeilijkheden en problemen, heb ik mijn studies met succes beëindigd.
Daarna heb ik een graduaat van toerisme en talen beëindigd in 3 jaar.
Met de zelfde problemen: moeilijke socialen contacten, geen vrienden, geen hobby’s.
Reactie plaatsen
Reacties
Dit is zo’n typisch verhaal voor alle kinderen met autisme. Wel goed dat je je studies met succes hebt beëindigd. Dat is iets waar je heel erg trots op mag zijn!
Wat jij schrijft is ineens ook de reden waarom ik mijn dochter zo intensief help bij haar taken en zo. Men beweert dat ik haar daar niet mee help. Maar ook voor haar is de hoeveelheid info die op haar afkomt veel te groot en kan ze het niet verwerken. Maar dat wil niet zeggen dat ze niet verstandig genoeg is of dat ze de richting niet aankan. Dit is de enige manier om haar aan dat diploma te helpen. Een diploma in de richting waar ze echt goed in is.
Reblogged this on ArcusKogamiyata and commented:
Beter kan ik het niet verwoorden mijn complimenten. Grote voordeel is dat jij er 20 jaar eerder bij was, uiteraard is dat wel een aanname, sorry :s met de herkenning. Aanvaarden kan ik het, maar of ik er mee kan leven, dat is de vraag 😉